Indicaties
Hoe kan je ARFID herkennen?
- Significant gewichtsverlies of achterblijvende groei:
ARFID kan leiden tot een slechte groei, gewichtsverlies en/of ondergewicht of het kan moeilijk zijn om het huidige gewicht aan te houden. Het kan tevens gepaard gaan met ondervoeding, zowel de acute, de chronische als de gemengde vorm.
Voedingsdeficiënties:
Bij ARFID kan een tekort aan essentiële voedingsstoffen ontstaan wat nadelig is voor een optimale werking van het lichaam, zelfs bij een gezond gewicht of overgewicht.
Afhankelijkheid van sondevoeding of medische voeding:
Bij te weinig eten kan medische bijvoeding of sondevoeding noodzakelijk zijn.
Een duidelijk interfereren met het psychosociaal functioneren:
ARFID is niet zomaar 'moeilijk eten', maar het gaat gepaard met mentale en sociale moeilijkheden. Zo kan het zijn dat de impact op iemands dagelijks leven heel groot wordt. Eten kost immers heel wat energie, planning en stress, zowel voor de patiënt zelf als de naasten. Ook ouders kunnen hierbij uitgeput raken. ARIFD kan eveneens een grote impact hebben op de sociale particitpatie, eten valt namelijk niet weg te denken uit de sociale context.
Deze hoeven niet samen voor te komen om van ARFID te kunnen spreken en kunnen dus los van elkaar gezien worden. Wanneer aan één van de vier criteria voldaan wordt, kan de diagnose ARFID gesteld worden. In de praktijk zien we echter heel vaak kinderen, jongeren of volwassenen met een goede gezondheid zonder fysieke klachten. De eetstoornis heeft hen dan echter zo in hun greep dat ze niet meer buitenshuis kunnen eten, waardoor we een grote impact zien op het psychosociaal functioneren.